Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Mannequin challenge

De mannequin challenge heeft een plaats veroverd in de digitale wereld. Ik geef toe dat ik er pas vorige week voor het eerst iets over hoorde: het blijkt een filmpje waarin mensen te zien zijn die in het midden van een activiteit gestopt zijn. Er is vaak een liedje bij te horen, maar het blijft ook vaak onwerelds stil. Veel voorbeelden vind je intussen bij Twitter. Hilary Clinton en haar team deden een mannequin challenge in de laatste nacht van de campagne.

De mensen staan er als het ware bij als mannequins: ze staan stil gedurende het grootste deel van het filmpje. Pas op het einde barsten ze uit die stilstand. En hoewel het woord er niet erg Nederlands uitziet, is mannequin in oorsprong een Nederlandse vorm.

Het verkleinwoord van man, een mannekin (Vroegmiddelnederlands, geattesteerd in 1291), werd overgenomen in het Frans (oorspronkelijk “menselijk beeldje”, later ook “levend pasmodel”). Via het Frans, taal van de mode, vond het woord zijn weg naar andere talen. Er kwam een nasaal in de Auslaut, die nu ook in het Nederlands te horen is. Laten we even de Germaanse talen bekijken. In het Engels bestaan mannequin en mannikin vandaag naast elkaar in de betekenis van „menselijke figuur“, daar is de oudste betekenis van mannekin bewaard gebleven. Voor levend pasmodel wordt eerder a model gebruikt.

Volgens Duden kan der/das Mannequin (gaat met beide lidwoorden; de keuze is sprekerafhankelijk) in het Duits alleen een vrouw zijn („weibliche Person, die Modekollektionen, Modellkleider vorführt“). Het is in elk geval een levende persoon, anders wordt die Schaufensterpuppe gebruikt. In het Nederlands en Engels zijn de woorden voor het „dode“ en „levende“ model allebei afgeleid van manneken en hebben ze de genderbeperking uit het Duits niet. Het woord wordt in deze Germaanse talen uitgesproken als in het Frans, met een genasaliseerde vocaal in de Auslaut.

Das Männekentor (Jürgen Rosemann, CC-BY-2.0)

Een korte blik in de Slavische talen leert ons dat een manekin ook in het Pools een beeldje van een menselijke figuur is, en daardoor ook, als tweede betekenis, een persoon zonder enige gezichtsuitdrukking. Er is geen nasaal in de Auslaut (ondanks het feit dat er in het Pools veel nasalen in de Auslaut bestaan, er is zelfs een letterteken dat nasaliteit aanduidt: ę) wat erop kan wijzen dat het woord via de Germaanse talen werd geleend (al dan niet via het Duits uit het Nederlands). Dat niet alleen beeldjes maar ook levende modellen vaak nauwelijks een gezichtsuitdrukking hebben, vatten we best op als ironie van de geschiedenis. De levende modellen zijn in het Pools (top)modelka (vrouwelijke vorm) en model (mannelijke vorm). De morfologie heeft de genderkwestie in de talen in een handomdraai opgelost.

In het Noors schrijf je het mannekeng. In het woordenboek staan er voor zowel Bokmål als Nynorsk, de twee Noorse standaardtalen, twee betekenissen: 1) levend model, vooral vrouwelijk 2) tentoonstellingspop (niet levend dus). En het is ook ontleend aan het Nederlands, maar wel via het Frans, vandaar ook de vorm met nasalisatie op -eng.

Wat nog?
Bij Schloss Wiesenburg in de Duitse deelstaat Brandenburg, meer bepaald in de Fläming (!), staat het Männekentor: zie foto.

En de eerste literaire mannquin challenge is een feit!

Tags:

Der Beitrag wurde am Montag, den 5. Dezember 2016 um 09:06 Uhr von Truus De Wilde veröffentlicht und wurde unter Etymologie, Sprachvergleich, Wortschatz abgelegt. Sie können die Kommentare zu diesem Eintrag durch den RSS 2.0 Feed verfolgen. Kommentare und Pings sind derzeit nicht erlaubt.

Kommentarfunktion ist deaktiviert