Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Hartje

“Ik woon in hartje Limburg, maar het Engels heeft er zich overal genesteld”, klaagt Mark Geleyn in een artikel ter ere van de Dag van de Moedertaal, die plaatsvond op 21 februari. De discussie over het oprukkende Engels in Limburg (en in België in het algemeen) mag u zelf lezen op De Redactie. Ik wil het alleen even hebben over het hartje (Du. das Herz, Herzchen).

Boom versierd met hartjes (Foto: Johntex, CC BY-SA 3.0)

Het hartje is natuurlijk de verkleiningsvorm van het hart, die voornamelijk wordt gebruikt om te verwijzen naar hartvormige (Du. herzförmige) figuurtjes zoals op het plaatje hiernaast. Rond Valentijnsdag waren veel etalages met hartjes versierd, maar nu liggen er carnavals- en paasartikelen.

Het hartje kan ook het centrum van een plaats betekenen. In hartje Limburg wil dus zeggen dat de heer Geleyn midden in Limburg (Du. im Herzen Limburgs) woont. Waar precies in Limburg dat is, mogen de Limburgers uitvechten.

Hartje kan ook temporeel gebruikt worden, met name om het midden van een seizoen (Du. Jahreszeit) aan te duiden. Het meest gebruikt zijn in hartje zomer (Du. im Hochsommer) en in hartje winter (Du. im tiefsten Winter). Hartje lente (Du. mitten im Frühling) is het nog lang niet, maar we hebben eind februari toch al aardig lenteweer. Mensen met hooikoorts (Du. Heuschnupfen) houden hun hart vast (Du. befürchten das Schlimmste).

Der Beitrag wurde am Donnerstag, den 27. Februar 2014 um 11:00 Uhr von Janneke Diepeveen veröffentlicht und wurde unter Idiom, Wortschatz abgelegt. Sie können die Kommentare zu diesem Eintrag durch den RSS 2.0 Feed verfolgen. Kommentare und Pings sind derzeit nicht erlaubt.

Kommentarfunktion ist deaktiviert