Er is een Twitter-account met de naam @langstewoord die dagelijks „mooie lange woorden uit het nieuws“ twittert. Een greep uit de tweets van de afgelopen dagen: versleutelingsproject, zomerprogrammering, geslachtsverandering, privacywerkgroep, zwangerschapspreventie, thuiszorgorganisatie. Ja, denk ik dan, allemaal mooie woorden. Maar lang?
Het Nederlands is een prachtige taal, maar die samenstellingen, daar hebben ze toch echt geen kaas van gegeten in de Lage Landen. Kijk, dit is een lang woord: Bundeswehrattraktivitätssteigerungsgesetz. Zo heet een actueel wetsvoorstel van de Duitse minister van defensie, Ursula von der Leyen.
Okay – ik geef onmiddelijk toe dat dergelijke samenstellingen met vijf elementen (Bundes-wehr-attraktivitäts-steigerungs-gesetz) ook in het Duits niet zo heel vaak voorkomen. Je vindt ze wel, maar dan meestal in geschreven vaktalige teksten: Jugendmedienschutzstaatsvertrag, Leichtbaunockenwellenversteller, Hochleistungslaserdiodenarray enz.
En laat ik in dit verband vooral ook niet vergeten u nog eens te wijzen op het befaamde woord Rindfleischetikettierungsüberwachungsaufgabenübertragungsgesetz (zie Wikipedia). Jawel, een zevenledige samenstelling met 63 letters.
Dit woord is natuurlijk een bureaucratische uitzondering, maar vier woorden combineren tot een samenstelling, dat doen we graag en vaak in het Duits als we complexe zaken willen benoemen. Wat dacht je van de Reisekomplettschutzversicherung, de Lohnsteuerjahresausgleich of van de Weiterbildungsdienstleistungen? In de rechtstaal lijken ze er zelfs een hobby van te hebben gemaakt: Steuervergünstigungsabbaugesetz of Arbeiterunfallversicherungsgesetz.
En drieledige samenstellingen, daar draaien we onze hand al helemaal niet voor om. Die zijn zelfs in gesproken taal redelijk gewoon. Het gaat dan om woorden als Rentenversicherungspflicht of Kompetenzfeststellungsverfahren, maar ook om meer ’normale‘ woorden als Literaturverwaltungsprogramm of Ladenschlusszeiten.
In het Nederlands is dit zo’n beetje de limiet: drieledige samenstellingen komen nog wel voor (naast de al genoemde thuiszorgorganisatie vinden we in het lijstje van @langstewoord o.a. hypotheekrenteaftrek, mensenrechtenschending, onderwateronderzoek, kinderopvangtoeslag enz.), maar samenstellingen met meer leden zijn zeldzaam (@langstewoord had vorig jaar bijvoorbeeld babymelkpoederautomaat of paardenvleesschandaalbedrijf).
In principe is er – in taalstructureel opzicht – noch in het Duits noch in het Nederlands een bovengrens. Toen ik onlangs het woord Bundeswehrattraktivitätssteigerungsgesetz op Twitter noemde, vroeg @JDSnel dan ook meteen naar de Bundeswehrattraktivitätssteigerungsgesetzesdebatte. Nominale samenstelling is immers een ‚recursief procédé‘: je kunt er altijd nog wel een woordje bij doen.
Het verschil tussen het Nederlands en het Duits ligt hem vooral in de langewoordenacceptatiebereidheid. Sprekers van het Nederlands accepteren (en gebruiken) soms wel drieledige samenstellingen, maar nog langere woorden zijn ongeliefd, bijna uitgesloten. Dan geven ze de voorkeur aan een syntactische oplossing (‚de bereidheid om lange woorden te accepteren‘).
In het Duits ligt de ‚Schmerzgrenze‘ net iets hoger: vierledige samenstellingen zijn vaak nog zeer acceptabel, nog langere woorden daarentegen vinden we ook in het Duits over het algemeen niet mooi. Ze gelden al gauw als bureaucratische monsters. Het is daarom ook nog maar de vraag of het Bundeswehrattraktivitätssteigerungsgesetz werkelijk zal kunnen bijdragen tot de verhoging van de attractiviteit van het Duitse leger.