Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Boodschap

Vorige week ontving ons instituut Marnix Krop, die tot augustus 2013 Nederlands ambassadeur (Du. Botschafter) was in Berlijn. Inderdaad, het Duitse Botschaft correspondeert in deze context met het Nederlandse woord de ambassade – en dus niét met de boodschap.

Boodschappenwagentje (Foto: Centers for Disease Control and Prevention, PD)

Het woord boodschap wordt ten eerste gebruikt als synoniem van ‚mededeling‘, ‚bericht‘. De heer Krop kwam op bezoek om een boodschap over te brengen, om ons iets te vertellen. Als iemand de telefoon niet opneemt, zegt de stem op het antwoordapparaat: „Spreek uw boodschap in na de piep.“ En tot slot: de blijde boodschap is een vaste verbinding die als synoniem wordt gebruikt voor ‚evangelie‘ (Du. die Frohe Botschaft).

Verder kennen we het woord boodschap in de betekenis van Du. Besorgung, Einkauf: ik moet na het werk nog snel even boodschappen doen (Du. einkaufen gehen). Over het verschil tussen boodschappen doen en winkelen kunt u lezen bij Buurtaal.

Wie na het werk een Du. Großeinkauf gepland heeft, kan beter niet tegen zijn collega’s zeggen dat hij een grote boodschap gaat doen. Met die uitdrukking kondigt hij namelijk een toiletbezoek aan (Du. großes Geschäft) en dat gaat de collega’s natuurlijk niet aan. Dit artikeltje legt uit hoe u op het werk kunt omgaan met gênante (Du. peinliche) wc-situaties. Maar dat hoeft u natuurlijk niet te lezen als u daar geen boodschap aan heeft (Du. wenn Sie sich nicht dafür interessieren).

Der Beitrag wurde am Donnerstag, den 27. November 2014 um 10:00 Uhr von Janneke Diepeveen veröffentlicht und wurde unter Idiom, Sprachvergleich, Wortschatz abgelegt. Sie können die Kommentare zu diesem Eintrag durch den RSS 2.0 Feed verfolgen. Kommentare und Pings sind derzeit nicht erlaubt.

Kommentarfunktion ist deaktiviert