Het land van de rijzende zon is – dat weet u – Japan. De Japanners zien dat zelf ook zo (denk aan hun vlag). Dit impliceert in feite dat Japanners met de rug naar Azië staan, de blik gericht op wat komen gaat.
Je komt Nederlanders intussen in heel Europa tegen, maar lange tijd stonden ze in mijn ogen met de rug naar Europa; achter muur, in de DDR bijvoorbeeld, kwam je hooguit nog een verdwaalde dominee of hernhutter tegen. Nederlanders hadden hun ogen op het westen gericht. We kunnen Nederland dus met recht en rede (mit Fug und Recht) het land van de ondergaande zon noemen want daar ken je de son in de see sien sakken.
Hoe diep geworteld dat beeld van een ondergaande zon in het westen (dus in de Noordzee) is, werd me duidelijk toen ik voor het eerst in Mecklenburg aan de Oostzee was: ik had me geïnstalleerd in een lekkere ligstoel – blik op de zee – om van dat vertrouwde schouwspel te genieten en het drong maar heel langzaam tot me door dat ik die stoel een kwart slag moest draaien. In Mecklenburg sakt de son niet in de see!
Er was een tijd – lang geleden – dat de twee landen van de zon nauwe banden hadden. Nou ja, nauw: er werd handel gedreven. Toen Japan zich in de 17e eeuw (1639) voor dikke 200 jaar van de rest van de wereld afsloot (ze hadden daar genoeg van katholieke Portugese missionarissen), behield de Nederlandse VOC (religieuze ijver was haar vreemd: het ging om de centen) het handelsrecht.
Aan de Nederlanders werd een kunstmatig, waaiervormig eilandje bij Nagasaki toegewezen – Dejima – waar ze konden verblijven, van waaruit ze handel konden drijven en van waaruit ze jaarlijks hun beleefdheidsbezoek aan de Shogun konden starten. Japanse tolken (Dolmetscher), voor die taak extra opgeleid, verzorgden het contact.
Dankzij dit vroege, intensieve contact van de twee landen van de zon heeft een aantal Nederlandse woorden het Japans gehaald: コック (kokku) is kok, ビール (biiru) is bier, en マドロス (madorosu) is matroos.
Drie keer raden wat コーヒー (koohii) is… koffie!
Enfin, mocht u binnenkort in Nagasaki zijn, neem de trein naar ハウステンボス (hausu ten bosu), themapark Huis ten Bosch.
De Brit David Mitchell schreef een prachtige historische roman die op Dejima speelt: The Thousand Autumns of Jacob de Zoet, in Nederlandse vertaling De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet. Deze roman is ook in het Duits vertaald en zeker nog niet uitverkocht. Mitchell heeft zich waarschijnlijk laten inspireren door de belevenissen van Hendrik Doeff die van 1803 tot 1817 opperhoofd van de Nederlandse handelspost Dejima was.
Tags: Geschichte, Nederlands in de wereld