Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Een beetje mist

Opzoek de mist ingaan was de titel van een stukje van Robert Chamalaun voor de blog Neerlandistiek. Hij had het over het los dan wel aan elkaar schrijven van op zoek. En zo wil er wel eens iemand opzoek (al zoekende) de mist ingaan (sich irren, scheitern).
Een Nederlandse textielketen ging zelfs 3 keer de mist in.

Philipp Krämer bracht eergisteren een filmpje (Hier wird das Wetter einem Polizeiauto zum Verhängnis) met „de stem van Nederland“: Philip Bloemendal – wat een mooi Nederlands spreekt die man! Daar kunnen tegenwoordige verslaggevers een puntje aan zuigen (sich eine Scheibe von abschneiden) – en dat ging ook over mist. De spoorwegen konden ermee overweg (kamen damit klar), de binnenschippers konden na de vriesperiode weer aan de slag (die Arbeit aufnehmen können); voor het wegverkeer was het oppassen geblazen (jetzt heißt es aufgepasst) want de mist ging met gladheid gepaard (einher). Zelfs een politieauto maakte brokken (Schade verursachen). Zoveel mist, dan is vliegen er ook niet bij (geht nicht): ook de KLM ging de mist in!

Mist (DWTDmitri, FALSelf-published work)

Rij je letterlijk de mist in, dan zie je geen hand meer voor ogen; in het Duits hebben we dan dichter Nebel. Een beetje mist noemen we in het Nederlands laaghangende bewolking (tiefe Wolken). Er is ook laaghangende mist (Bodennebel). Wat precies het verschil is, weet ik niet, maar alle uitdrukkingen hebben in meer of mindere mate te maken met wat u op de foto ziet.

Maken we van mist een Duits woord: Mist – ook dan kunnen we de mist ingaan. Mist bauen: ergens een puinhoop van maken. Mist reden: onzin uitkramen. Mach deinen Mist doch alleine: knap je zaakjes maar alleen op! So ein Mist: wat een ellende! Verdammter Mist: vervloekt nog an toe! (voorbeelden uit de Dikke)

Früher hatten die Bauern ja den Misthaufen (saarländisch „die Mischd“, das nur nebenbei) vor dem Haus, um Wohlstand zu zeigen: je größer der Haufen, desto mehr Vieh und Land hatte man bzw. desto mehr Dünger für die Felder. Wie heißt denn der Misthaufen auf NL?

Dat is een mesthoop! (Mest is de tweede god, zei het boertje)

Und dann gibt’s natürlich noch die wichtigste Bauernregel von allen: „Wenn der Hahn kräht auf dem Mist, ändert sich’s Wetter – oder’s bleibt wie es ist.“

Dit was een spontane bijdrage van onze Saarlandse collega Philipp Krämer – waarvoor mijn hartelijke dank!
En mij schoot spontaan te binnen (fiel spontan ein):
alle beetjes helpen. In het Duits: Kleinvieh macht auch Mist. De beetjes zijn in dit geval geen Bisse; het is de pluralis van das Bisschen.

Moet ik daar nog op ingaan?
Ach, du liebes bisschen! (lieve hemel, lieve help!) Een andere keer – morgen is weer een dag.

Der Beitrag wurde am Mittwoch, den 22. Februar 2017 um 12:18 Uhr von Johanna Ridderbeekx veröffentlicht und wurde unter Idiom, Sprachvergleich, Wortschatz abgelegt. Sie können die Kommentare zu diesem Eintrag durch den RSS 2.0 Feed verfolgen. Kommentare und Pings sind derzeit nicht erlaubt.

Kommentarfunktion ist deaktiviert