Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Schieten

De wekker loopt af, je schiet wakker…! Nog half slapend neem je een koude douche en dan schiet je in je kleren. Koppie koffie, een halve boterham: je moet opschieten! (sich beeilen)!

Author Unknown – PD US

In de lege (leeg? hoezo?) metro schiet je te binnen (einfallen) dat het vandaag 3 oktober is: feestdag in Duitsland! Je schiet in de lach: voor niks (umsonst) al die moeite!

Schieten is schießen maar in al deze Nederlandse uitdrukkingen wordt daarmee een heel plotse of snelle activiteit bedoeld.

Er zijn Nederlanders die snel uit hun slof (Pantoffeln) schieten: die zijn heetgebakerd (hitzköpfig, Heißsporne). Zulke lui laat je dan graag snel schieten: vergiß es!
En dan hebben we nog vrienden of vriendinnen met een humeur (Laune) om op te schieten. Nou, dan liever alleen uit! Laten we het vooral gezellig houden!

En flanerend over de Kurfürstendamm zie je hem – HEM!
Issie het echt? Je doet een schietgebedje (ein Stoßgebet) en schiet op hem af… hij is het!
De tranen schieten je in de ogen: eind goed, al goed!

***********************************************************************************************************

Al eerder hadden we de uitdrukking onder iemands duiven schieten (± jemandem ins Gehege kommen, jemandem ins Handwerk pfuschen). En ook: niet ge­scho­ten is al­tijd mis!

Der Beitrag wurde am Montag, den 3. Oktober 2016 um 09:36 Uhr von Johanna Ridderbeekx veröffentlicht und wurde unter Idiom, Sprachvergleich abgelegt. Sie können die Kommentare zu diesem Eintrag durch den RSS 2.0 Feed verfolgen. Kommentare und Pings sind derzeit nicht erlaubt.

Kommentarfunktion ist deaktiviert