Nederlands

Beobachtungen zur niederländischen Sprache

Posts Tagged ‘Zeit’

Nur mal so

Geschwindigkeit ist Weg pro Zeit, so haben wir es alle im Physikunterricht gelernt. Was aber wenn Weg und Zeit dasselbe sind? Dann sind wir nicht mehr in der Physik, sondern in der Sprache. Räumliche Metaphern erleichtern das Verständnis von der Abstraktheit der Zeit. Eine Tradition, die weit zurückreicht, greift nicht etwa hinter sich, sondern sie […]

Weiter lesen...

Springtag im Springjahr

Das Jahr 2016 ist noch relativ jung. Es tut so, als sei es ein ganz normales Jahr, aber schon morgen wird es sich um 24 Stunden in die Länge ziehen: Es ist nämlich ein schrikkeljaar. Klingt als würde es ein Schreckensjahr, aber trotz aller Krisen und Konflikte können wir das natürlich nicht mit einem Blick […]

Weiter lesen...

De klok is geen uur is geen stonde

Die Glocke ist keine Uhr ist keine Stunde Stonde is een oude vorm (vergelijkbaar met het Duitse Stunde) en komt nog voor in een uitdrukking als te aller stonde (zu jeder Zeit), voornamelijk bekend uit het zesde couplet van het Wilhelmus. We zien het ook in aanstonds en terstond (sofort). Het woord maandstonden is een […]

Weiter lesen...

Frühkost und Entbiss

In den letzten Tagen saß ich einen Artikel über Neg… über Cariolisch zu schreiben. In der Forschung ist längst etabliert, dass diese niederländisch-basierte Kreolsprache nur sehr, sehr wenige dänische Elemente in ihren Wortschatz aufgenommen hat, obwohl sie in einer praktisch durchgehend dänisch verwalteten Kolonie gesprochen wurde. Eines der wenigen Beispiele für ein auf den ersten […]

Weiter lesen...

Alles, was nicht jetzt ist

Die Sommerferienzeit ist fast vorbei, viele Eltern haben es noch in den Ohren: „Sind wir bald da?“ – „Zijn we er al (bijna)?“ Den meisten Kindern ist wohl klar, dass man noch eine Zeitlang unterwegs sein wird und schränken die Frage mit bald oder bijna ein. Das Wörtchen bald ist ein wahres Wunderwerk. Es drückt aus, […]

Weiter lesen...

Middag

12:00 uur is het middaguur, zowel in Nederland als in België, en vanaf 18:00 uur begint de avond. Echter, Nederlanders en Belgen koppelen andere periodes aan de dagdelen ochtend, middag, voormiddag en namiddag. Dat kan wel eens tot misverstanden leiden als een Nederlander en een Belg een afspraak met elkaar willen maken (zie ook een […]

Weiter lesen...

Het twaalfuurtje

Vandaag wil ik graag een paar voorbeelden geven van substantieven die ontstaan door de diminutiefuitgang (-je /-tje) aan woordcombinaties toe te voegen. Twaalf uur is high noon. Het twaalfuurtje is dat wat je dan eet (das Pausenbrot). In het geval van de dames op de foto gaat het inderdaad om een boterham. Maar het kan […]

Weiter lesen...

Zit de 5 al in de klok?

In een vorig blog heeft u gelezen dat Nederlanders borrelen en Belgen aperitieven. Dat plegen ze te doen vanaf 5 uur ’s middags: dan zit namelijk de 5 in de klok! Natuurlijk zitten er om 15:55 uur ook vijven in de klok, maar zo is die zegswijze niet bedoeld. Borreltijd begint om 17:00 uur. Een […]

Weiter lesen...

vrij mi bo

Om te vieren dat de werkweek om is, wordt er in Duitsland al eens een Feierabendbier gedronken. In Nederland is voor die activiteit een acroniem gebruikelijk, de vrijmibo. Dit woord is gevormd op basis van de eerste letters van vrijdag middag borrel. Het is, in de betekenis van een hapje en een drankje na het werk op vrijdag, erg goed […]

Weiter lesen...

Tegen/voor/tot vrijdag

Het stadsbestuur van Brussel wil tussen 2015 en 2017 het Beursplein autovrij maken. Tegen 2017 moeten de werkzaamheden voltooid zijn, lees ik op de Belgische nieuwssite De Redactie. Volgens het stadsbestuur moet het nieuwe plein dus in 2017 (Du. bis 2017) klaar zijn. Een precieze datum wordt niet genoemd. We weten niet of het plein […]

Weiter lesen...